Vliegers rampvliegtuig vonden ontbreken baanverlichting 'vreemd'

18 januari 2007 - 1:00
WASHINGTON - “Vreemd zonder baanverlichting”. Dat merkte de co-piloot van een Bombardier CRJ200 van Comair op, vlak voordat het vliegtuig in de vroege ochtend van 27 augustus crashte na de start vanaf de verkeerde baan op het vliegveld van Lexington. De baan was niet lang genoeg, maar geen van beide vliegers merkte dat ze een verkeerde baan waren opgetaxied. De NTSB gepubliceerde woensdag (17 januari) een transscriptie.

Bij de ramp kwamen 49 van de vijftig inzittenden van de kleine passagiersjet om het leven. Slechts de co-piloot overleefde het ongeluk; hij verloor een been en liep een hersenbeschadiging op. Hij zegt zich niets meer te kunnen herinneren van de bewuste ochtend op 27 augustus.

Uit de gepubliceerde transscriptie blijkt dat de gezagvoerder het toestel naar de baan taxiede. Daarop nam de co-piloot de controle over om de geplande vlucht naar Atlanta uit te voeren. De laatste woorden in de transscriptie zijn van de gezagvoerder, die ‘whoa’ uitroept.

Sinds de ramp is Comair - een regionale dochteronderneming van Delta Air Lines - aangeklaagd door nabestaanden vanwege nalatigheid. De maatschappij heeft op haar beurt de luchthaven en de FAA aangeklaagd. Een week voor de crash werd de taxiroute op Blue Grass Airport aangepast vanwege werkzaamheden, zonder dat de kaarten werden aangepast of luchtvaartmaatschappijen anderszins op de hoogte werden gesteld.

Van onze redactie




Copyright Reismedia BV 2024 - Cookieinstellingen