MADRID - Luchtvaartalliantie oneworld blijft de nadruk leggen op kwaliteit boven kwantiteit. Dat zei Gerard Arpey, topman van American Airlines en voorzitter van de Governing Board van oneworld, naar aanleiding van de viering van het tienjarig bestaan van de luchtvaartalliantie. Oneworld is van de drie grote wereldwijde luchtvaartallianties de kleinste, en daar lijkt het niet snel verandering in te willen brengen.


“Onze focus heeft altijd gelegen op kwaliteit boven kwantiteit en op service in plaats van formaat. Op die manier onderscheidt oneworld zich als een alliantie, en dat verandert niet”, aldus Arpey. Het aantal van vijf oorspronkelijke alliantieleden is inmiddels verdubbeld tot tien.

Het komende decennium staat oneworld nieuwe uitdagingen te wachten. Een belangrijke mijlpaal moet dit jaar de vurig gewenste antitrustimmuniteit voor de transatlantische leden American Airlines, British Airways, Iberia, Finnair en Royal Jordanian worden. “Op deze manier kunnen we op een gelijkwaardige wijze concurreren met andere allianties”, zegt Arpey, verwijzend naar Star Alliance en SkyTeam.

Dankzij gemeenschappelijk alliantietarieven en salesactiviteiten wist oneworld de afgelopen tien jaar vijf miljard dollar aan omzet te genereren voor de leden. De totale omzet uit interlining bedraagt zestien miljard dollar. Door een gezamenlijke inkoopstrategie wisten de tien leden gezamenlijk 320 miljoen dollar te besparen. Oneworld claimt verder de meest winstgevende luchtvaartalliantie te zijn.

Naast eerder genoemde carriers bestaat oneworld anno 2009 uit Cathay Pacific, Japan Airlines, LAN Airlines, Malev en Qantas. Mexicana treedt later dit jaar als elfde lid toe.