LUXEMBURG - De Europese Unie en de Verenigde Staten hebben vrijdag (6 oktober) een akkoord bereikt over de uitwisseling van gegevens van vliegtuigpassagiers op vluchten naar Amerika. In de strijd tegen terrorisme hoeven Europese luchtvaartmaatschappijen niet meer gegevens te verstrekken dan zij nu doen. In de praktijk verandert daardoor weinig.
Wel kan informatie over passagiers uit de EU behalve bij het ministerie van Binnenlandse Veiligheid indirect bij Amerikaanse veiligheidsdiensten terechtkomen. Die andere autoriteiten moeten garanties geven dat zij goed omspringen met de gegevensbescherming.
De EU en de VS kwamen in 2004 een systeem overeen voor de uitwisseling van gegevens van passagiers om er mogelijke terroristen uit te pikken. De VS drongen ook aan op informatie over geloof en het type maaltijden dat iemand aan
boord gebruikt.
Uit zorg over de privacybescherming worden die twee gegevens niet doorgegeven. Toch vond een meerderheid van het Europees Parlement de regeling een aanslag op de privacy en stapte naar de Europese rechter in Luxemburg. Deze bepaalde dit jaar dat de regeling op de verkeerde juridische grondslag was gebaseerd, maar niet te ver ging wat betreft privacybescherming.
FBI
Door de uitspraak was een nieuw tijdelijk akkoord nodig in afwachting van een definitieve regeling vanaf augustus volgend jaar. De VS wilden na tussentijdse wetswijzigingen de regeling uitbreiden, waardoor automatisch andere instanties dan alleen Binnenlandse Veiligheid inzage kregen in de gegevens. De veiligheidsdienst FBI heeft overigens al sinds 2004 inzage.
Na negen uur durende onderhandelingen donderdag en vrijdag, via een videolink tussen Washington en Europese ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken in Luxemburg, gaven de Amerikanen de garantie dat andere instellingen voorzichtig zullen omspringen met de gegevens.
Ook moeten Europese luchtvaartmaatschappijen de lijst met 34 verschillende soorten informatie over passagiers voortaan eerst zelf doorgeven, in plaats van automatische inzage door de Amerikaanse autoriteiten in de Europese gegevensbestanden.
Praktisch gezien verandert weinig. De VS mogen de gegevens ook doorgeven aan andere landen. De nationale parlementen van de meeste lidstaten moeten instemmen met het nieuwe akkoord, dat volgende week formeel van kracht zou moeten zijn. Overigens gaat de EU zelf ook voorzichtig werk maken van een eigen systeem van passagiersinfo in de strijd tegen terrorisme.
Minister Ernst Hirsch Ballin (Justitie) toonde zich na afloop van de wekelijkse ministerraad tevreden. Hij wilde dat de inhoud van het akkoord zo dicht mogelijk bij het oude verdrag zou blijven. "Aan dat criterium lijkt te zijn voldaan. Dat is een goede zaak", zei de bewindsman.
Arrogant
D66-Europarlementariër Sophie In 't Veld, die namens het Europees Parlement rapporteert over de passagiersgegevens, zegt het nieuwe akkoord voor kennisgeving aan te nemen. Met het oog op het akkoord op lange termijn dat er volgend jaar moet komen, wil zij een fundamenteel debat. "Daarbij moeten we ons als Europa heel serieus afvragen of we nog langer accepteren dat de VS ons zaken opleggen en wij daar maar een juridische basis voor moeten vinden. Zelfs de Britten accepteren die arrogante Amerikaanse houding niet meer."
(c) ANP
Wel kan informatie over passagiers uit de EU behalve bij het ministerie van Binnenlandse Veiligheid indirect bij Amerikaanse veiligheidsdiensten terechtkomen. Die andere autoriteiten moeten garanties geven dat zij goed omspringen met de gegevensbescherming.
De EU en de VS kwamen in 2004 een systeem overeen voor de uitwisseling van gegevens van passagiers om er mogelijke terroristen uit te pikken. De VS drongen ook aan op informatie over geloof en het type maaltijden dat iemand aan
boord gebruikt.
Uit zorg over de privacybescherming worden die twee gegevens niet doorgegeven. Toch vond een meerderheid van het Europees Parlement de regeling een aanslag op de privacy en stapte naar de Europese rechter in Luxemburg. Deze bepaalde dit jaar dat de regeling op de verkeerde juridische grondslag was gebaseerd, maar niet te ver ging wat betreft privacybescherming.
FBI
Door de uitspraak was een nieuw tijdelijk akkoord nodig in afwachting van een definitieve regeling vanaf augustus volgend jaar. De VS wilden na tussentijdse wetswijzigingen de regeling uitbreiden, waardoor automatisch andere instanties dan alleen Binnenlandse Veiligheid inzage kregen in de gegevens. De veiligheidsdienst FBI heeft overigens al sinds 2004 inzage.
Na negen uur durende onderhandelingen donderdag en vrijdag, via een videolink tussen Washington en Europese ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken in Luxemburg, gaven de Amerikanen de garantie dat andere instellingen voorzichtig zullen omspringen met de gegevens.
Ook moeten Europese luchtvaartmaatschappijen de lijst met 34 verschillende soorten informatie over passagiers voortaan eerst zelf doorgeven, in plaats van automatische inzage door de Amerikaanse autoriteiten in de Europese gegevensbestanden.
Praktisch gezien verandert weinig. De VS mogen de gegevens ook doorgeven aan andere landen. De nationale parlementen van de meeste lidstaten moeten instemmen met het nieuwe akkoord, dat volgende week formeel van kracht zou moeten zijn. Overigens gaat de EU zelf ook voorzichtig werk maken van een eigen systeem van passagiersinfo in de strijd tegen terrorisme.
Minister Ernst Hirsch Ballin (Justitie) toonde zich na afloop van de wekelijkse ministerraad tevreden. Hij wilde dat de inhoud van het akkoord zo dicht mogelijk bij het oude verdrag zou blijven. "Aan dat criterium lijkt te zijn voldaan. Dat is een goede zaak", zei de bewindsman.
Arrogant
D66-Europarlementariër Sophie In 't Veld, die namens het Europees Parlement rapporteert over de passagiersgegevens, zegt het nieuwe akkoord voor kennisgeving aan te nemen. Met het oog op het akkoord op lange termijn dat er volgend jaar moet komen, wil zij een fundamenteel debat. "Daarbij moeten we ons als Europa heel serieus afvragen of we nog langer accepteren dat de VS ons zaken opleggen en wij daar maar een juridische basis voor moeten vinden. Zelfs de Britten accepteren die arrogante Amerikaanse houding niet meer."
(c) ANP
