
Elektrisch vliegen lijkt een grote belofte, maar in de praktijk is het nog behoorlijk uitdagend. De energiedichtheid van batterijen is namelijk minstens 50 keer zo laag als die van kerosine. Bovendien zijn batterijen veel zwaarder en – in tegenstelling tot brandstof – worden ze tijdens de vlucht niet lichter. En als die elektrische energie vervolgens wordt opgewekt met fossiele brandstoffen, rijst de vraag: waar zijn we eigenlijk mee bezig? Ja, je kunt inmiddels een uur vliegen met een tweepersoons toestelletje, maar gaan we op termijn met 450 passagiers elektrisch de oceaan over? Keep dreaming…
Toch valt daar wel wat tegenover te zetten. Er wordt wereldwijd veel geïnvesteerd in onderzoek naar batterijen met een hogere energiedichtheid, een lager gewicht en kortere laadtijden. Elektromotoren zijn bovendien veel efficiënter dan de vrijwel uitontwikkelde verbrandingsmotoren, vergen minder onderhoud en – niet onbelangrijk in Nederland – maken aanzienlijk minder lawaai.
Elektrisch vliegen is dus geen luchtfietserij. Zo heeft Eviation al voor 5 miljard dollar aan bestellingen binnen voor de ‘Alice’, een toestel met plaats voor negen passagiers. De Heart ES30, een 30-zitter, is al meer dan 200 keer besteld. Ook Nederland speelt een serieuze rol, met het Maeve-project: vanaf circa 2030 moet hiermee 500 kilometer kunnen worden gevlogen met 44 passagiers. Dankzij toekomstige batterijverbeteringen kan die actieradius bovendien verder worden vergroot, zonder dat het toestel hoeft te worden aangepast.
Vijfhonderd kilometer lijkt misschien niet veel, maar het dekt vrijwel al het binnenlands vliegverkeer in bijvoorbeeld Griekenland. En denk eens aan onze populaire bestemmingen zoals Londen? Bijna 40 procent van de vluchten vanaf Schiphol is korter dan 750 kilometer. “Dat kan toch ook met de trein?”, roept de milieubeweging. Zeker, maar voor veel bestemmingen is dat in de praktijk nog geen realistisch alternatief.
Omdat het juist korte vluchten zijn, scheelt elektrisch vliegen netto maar enkele procenten aan kerosineverbruik. Het grote milieuprobleem van langeafstandsvluchten zullen we toch echt moeten aanpakken met SAF.
Toch kunnen we nú al iets doen om elektrisch vliegen te stimuleren. De verkiezingen komen eraan, maar – spoiler alert – de kans dat de vliegtaks verhoging wordt teruggedraaid, is klein. Linkse partijen voelen daar weinig voor, en ook het CDA zal hiervoor waarschijnlijk geen stap zetten.
Maar waarom leggen we niet gewoon in de wet vast dat elektrisch vliegen wordt vrijgesteld van vliegtaks? Aangezien nu helemaal niemand nog elektrisch vliegt, kost deze maatregel helemaal niets. Tegelijk is het een krachtig signaal én een flinke stimulans voor innovatie in de sector. Nederland zou daarmee internationaal een mooi voorbeeld stellen. Het is bovendien logisch beleid: schoner, stiller vervoer zou je als overheid juist níet moeten belasten.
Het is wél belangrijk om dit idee nu al op te nemen in de verkiezingsprogramma’s. Tegen de tijd dat zo’n voorstel daadwerkelijk wet wordt, zijn we jaren verder. En dan staat de elektrische Alice, Heart of Maeve misschien al gewoon op Schiphol!