Ministeries krijgen geld voor C-17-project rond

7 juni 2008 - 2:00
DEN HAAG - Nederland kan deelnemen aan een NAVO-project waarbij diverse landen in een pool gebruik gaan maken van drie C-17-toestellen, een van de grootste transportvliegtuigen ter wereld. De ministeries van Defensie en Buitenlandse Zaken hebben de eenmalige investeringskosten van 130 miljoen euro bij elkaar.

Dat heeft minister Eimert van Middelkoop (Defensie) mede namens zijn collega Maxime Verhagen (Buitenlandse Zaken) vrijdag (6 juni) aan de Tweede Kamer geschreven.

Nederland koopt de toestellen niet, maar krijgt een gebruiksrecht van 500 vlieguren per jaar. Daarmee kan Nederland het nijpende tekort aan luchttransport deels verlichten.

De structurele bijdrage geldt voor een periode van dertig jaar. Afgesproken is dat Defensie 70 miljoen euro bijdraagt en Buitenlandse Zaken 60 miljoen. De exploitatielasten zijn geraamd op ongeveer 15 miljoen euro per jaar, inclusief de kosten voor 25 man aan Nederlands personeel. Tegelijk nemen de hoge kosten voor de externe inhuur van vliegtuigen af, schrijft de minister.

Van Middelkoop is blij met de deelname van Nederland. Voor de prijs van een halve C-17 kan nu gebruik worden gemaakt van drie kisten, zo laat hij weten. Het heeft Defensie veel moeite gekost om de financiering van het project rond te krijgen. Van Middelkoop wil volgende week in Brussel zijn handtekening zetten onder de afspraken tussen de NAVO en de deelnemende landen.

Eind 2008 komt de eerste C-17 uit de VS beschikbaar en de andere toestellen volgen in 2009. Daardoor kan ook de missie in Uruzgan nog profijt hebben van de toestellen. De C-17-pool wordt gestationeerd in Hongarije. Nederland is na de VS en Zweden wat betreft het aantal vlieguren de derde gebruiker.



(c) ANP
Copyright Reismedia BV 2024 - Cookieinstellingen