NLR vraagt Nederlandse overheid om steun

9 december 2003 - 1:00
SCHIPHOL – Het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium NLR roept in een brief aan ondermeer premier Balkenende en minister van Economische Zaken Brinkhorst de regering op om te helpen de toekomst van het NLR veilig te stellen. “De problematiek van het NLR vloeit voort uit de tijdelijke neergang van investeringen in de luchtvaart maar evenzeer uit de in 2001 doorgevoerde eenzijdige wijziging in de begrotingssystematiek door de overheid. Het begin dit jaar opgestelde reorganisatieplan behelst een afslanking met 170 van de 850 personeelsleden, dus liefst 20 procent. De aan het sociaal plan verbonden kosten – 15 miljoen euro - kunnen gelet op de aard van het NLR niet door het instituut zelf worden gedragen,” zo stelt men. “Het uitblijven van besluitvorming inzake de financiering van het sociaal plan door het penvoerende en de andere besturende ministeries doet ernstig tekort aan de zorgvuldigheid naar het personeel dat reeds te lange tijd in onzekerheid wordt gelaten. Tegelijkertijd drukken de kosten van het aanblijven van het personeel onnodig op de exploitatie van dit en het volgend jaar. Het verzoek om financiering dateert reeds van mei 2003.” “Het NLR is een prestigieus kennisinstituut dat zijn plaats in de top tussen collega-instituten in Europa door uitstekend ontwikkelingswerk heeft verworven. De neergang van Fokker heeft het NLR dankzij marktaanpassing op voortreffelijke wijze opgevangen. Het personeelsbestand is zelfs substantieel gegroeid. De huidige minder florissante marktomstandigheden worden alom als slechts tijdelijk in een altijd cyclische luchtvaartindustrie beschouwd. Er is alle reden om aan te nemen dat het NLR de aanstaande groei in de luchtvaartindustrie zeer goed zal benutten. De strategische herijking die het instituut wederom doorvoert, vergroot daarenboven zijn kansen. Veel meer dan voorheen richt het NLR zich nu op de ingrijpende ontwikkelingen waarmee het luchtverkeer en in het bijzonder de luchtverkeersleiding de komende jaren zal worden geconfronteerd. Tegelijkertijd is het NLR wat betreft de maakindustrie onverminderd geënt op die gebieden waarin Nederland excelleert. Een efficiënte en vruchtbare betrokkenheid bij Airbus en bij de ontwikkeling van de JSF – twee speerpunten van het Nederlandse luchtvaartbeleid – is zonder het NLR niet denkbaar. Het is niet toevallig dat in het CPB rapport van voorjaar 2002 inzake de deelname van Nederland aan het JSF project het NLR als de echte spil van het luchtvaartcluster wordt aangemerkt.” “Het NLR heeft uitgaande van het zeer spoedig effectueren van de reorganisatie een gevulde orderportefeuille voor 2004. Er is alle reden om aan te nemen dat dit voor 2005 e.v. jaren, zeker als de wereldluchtvaart haar eerder voorspelde groeicijfers zal waarmaken, ook het geval zal zijn. Een door sommigen beoogde verdergaande afslanking van het NLR dan nu voorzien zal die ontwikkeling evenwel frustreren. Bij het verlies van een zekere kritische massa verliest een kennisinstituut als het NLR meer dan individuele kennis- en kundegebieden. Een dreigende neerwaartse spiraal wordt dan een “self fulfilling prophecy” hetgeen met kracht moet worden tegengegaan. Wie de kansen op ook het terrein van de technologische ontwikkelingen wil benutten moet meer dan dat nu anticiperen op de aanstaande groei van de luchtvaart en de daarmee samenhangende technologische uitdagingen (milieu, veiligheid, capaciteit).” “Nederland is goed in luchtvaart en ruimtevaart. Het NLR heeft daar een belangrijk aandeel in. Het heeft zijn positie in Europa weten te behouden tussen collega-instituten die op aanzienlijk grotere overheidssubsidies kunnen rekenen. De EU beschouwt luchtvaart- en ruimtevaarttechnologie bij uitstek als onderwerpen waarmee de Lissabon doelstelling kan worden gehaald. Het NLR draagt bij aan het verwezenlijken van de innovatiedoelstelling van Nederland zelf en haar positie in de EU. Met een krachtig NLR wordt sterker gemaakt waar Nederland al goed in is: luchtvaart en ruimtevaart.” De ondertekenaars van de brief wijzen de regering erop dat luchtvaart en ruimtevaart een belangrijke bijdrage leveren aan de welvaart en het welzijn van Nederland. De luchtvaartbedrijven en organisaties geven het NLR opdrachten opdat zij concurrerend kunnen blijven. Het helpen in stand houden van een kennisinstituut als het NLR is in moeilijke tijden zoals nu echter een noodzakelijke en onvervreemdbare taak van de overheid, zo zeggen zij. “De ondertekenaars van deze brief dringen er dan ook bij de minister-president en de verantwoordelijke bewindslieden op aan om er alles aan te doen om het NLR die krachtige functie voor Nederland te laten vervullen die het van nature heeft. Het financieren van het sociaal plan heeft daarbij de hoogste prioriteit.” Tot de ondertekenaars van de brief horen onder andere Gerlach Cerfontaine, president-directeur van de Schiphol Group, Peter Hartman, directeur van de KLM en Lodewijk de Waal van de vakbond FNV.
Copyright Reismedia BV 2024 - Cookieinstellingen