Eind vorig jaar werd bekend dat zowel KLM als de Nederlandse en Franse divisies van Transavia overschakelen van de Boeing 737 naar de Airbus A320neo-serie. Er werd een bestelling geplaatst voor honderd exemplaren, met een optie op nog eens zestig.

Klanten voor de A320neo-familie hebben de keuze uit twee motortypes: de LEAP-1A van CFM, wat een combinatie is van het Amerikaanse General Electric en het Franse Safran, en uit de PW1127G van het Amerikaanse Pratt & Whitney.

Voor KLM-technici lijkt de keuze voor CFM goed nieuws, aangezien de Boeing 737’s ook al zijn voorzien van motoren van die fabrikant, om precies te zijn de CFM56. Vakbond NVLT laat desgevraagd weten blij te zijn met de beslissing, die ervoor zorgt dat de onderhoudsafdeling op Schiphol werkzaamheden aan de motoren van de KLM-vloot kan blijven verrichten.